Flamingotongschelp

Postzegels, sigarenbandjes, tuinkabouters, Dinky Toys, smurfen … Sommige mensen zijn behept met het verzamelvirus. Alle denkbare prullaria worden op vlooienmarkten gescoord en naar huis gesleept. Huizen waarvan de zolders bijkans gestut moeten worden om niet te bezwijken onder het gewicht van het opgeslagen verzamelwaar. De honger van de aan verzamelwoede lijdende medemens kan amper gestild worden.

Schelpen zijn ook razend populair onder verzamelaars. Tal van families trekken zondagsmiddags naar de vaderlandse stranden toe. Niet om te bakken in de zon of te genieten van de Noordzee. Nee, in opperste staat van concentratie wordt het strand gescand op voormalige schelpdierwoningen. Nederlandse schelpen zijn mooi, maar niet spectaculair. Voor het bijzondere werk moet je in den vreemde zijn.

Als je in de Caribische archipel op het strand gaat wandelen, struikel je over ware schelpkunst. Creaties die niet door mensenhanden vervaardigd kunnen zijn. Sommige schelpen zijn zo complex dat alleen een goddelijke macht of het evolutiewezen ze geboetseerd kan hebben. Zo heeft de roze vleugelhoorn hypnotiserende vormen en betoverende kleuren. Maar als je echt unieke schelpen wilt spotten, moet je jezelf in een kikvorspak wringen en kopje ondergaan in de Caribische Zee. Het koraalrif is het domein van de flamingotongschelp. Dit is een zeeslak met wonderbaarlijk uiterlijk.

De flamingotongschelp kent twee gezichten. Enerzijds saai en anderzijds spectaculair. De witte schelp van het zeeslakje is ellipsvormig en voorzien van een overdwarse richel. Dit is de alledaagse kant van het zeediertje. Maar nu komt de wisseltruc naar de sensationele kant. Het slakje kan zijn schelp namelijk draperen met een chique mantel. Deze mantel met pantermotief stulpt grotendeels vanaf beide zijkanten over de harde, gladde schelp heen. Overigens heeft de flamingotongschelp zijn naam te danken aan de bovengenoemde overdwarse richel. Een flamingotong is namelijk ook uitgerust met de nodige verhogingen.

Of je een flamingotongschelp treft met zijn jasje aan of uit, hangt af van zijn gemoedstoestand. Als hij zich bedreigd voelt, trekt hij zich terug in zijn woninkje waarbij hij zijn fraaie kledingstuk mee naar binnen sleept. Als hij relaxt met zijn maaltijd bezig is, zie je hem in volle glorie. Die maaltijd vergaart hij op zacht koraal. Zacht koraal dat als een koe begraast wordt. De slak trekt over het koraal heen waarbij hij zich tegoed doet aan de koraalpoliepen. Maar het weekdier is slim. Hij weet precies wanneer hij moet stoppen om het koraal niet helemaal naar de vernieling te helpen. Op het juiste moment verkast hij naar een ander koraalweilandje.

Uiteraard wil het koraal zich verdedigen tegen de vraatzuchtige slak en voert daarbij een oorlog die in de mensenwereld niet gewaardeerd wordt. Het koraal zet namelijk chemische wapens in. De zachte koraalsoorten waar het zeeslakje op foerageert zijn giftig. Veel dieren zullen derhalve het loodje leggen als ze van het koraal snoepen, maar het slakje niet. Die kan er prima tegen! Sterker nog, die slaat het koraalgif op om zelf giftig te worden! De flamingotongschelp is dus een toxisch wezentje dat mogelijke belagers via zijn heldere kleurenpatroon waarschuwt voor zijn giftigheid. Veel predatoren begrijpen deze boodschap en laten het slakje met rust. Everlipvissen, kogelvissen en langoesten daarentegen zijn immuun voor het giftige slakkenvlees en bejagen hem.

De grootse bedreiging voor de flamingotongschelp vormt echter de mens. Snorkelaars, sportduikers en schelpenjagers raken gebiologeerd door zijn schoonheid en denken een mooi gekleurd souvenir te kunnen vergaren. Zij komen echter van de koude kermis thuis als blijkt dat het kleurenpatroon onderdeel is van het levende dier en verdwijnt als het zeeslakje gaat hemelen. Je houdt dan enkel en alleen een wit en glad schelpje over!