Horrorfilmliefhebbers zullen het beeld wel herkennen: het Alien-monster lijkt verslagen maar komt dan plotsklaps op de proppen met een uitschuifbare, onheilspellende bek waarmee hij de hoofdrolspelers alsnog naar de eeuwige jachtvelden stuurt.
Voor het bedenken van dit duveltje-uit-een-doosje-effect heeft de scriptschrijver waarschijnlijk een beroep gedaan op zijn fantasie. Hij had dit idee echter ook gratis en voor niets uit de natuur kunnen oppikken. In de koraalriffen leeft namelijk een dier dat na miljoenen jaren van evolutie ook is uitgerust met dit uiterst dodelijke wapen.
Murenen!
Murenen zijn palingachtige vissen die gigantische proporties kunnen aannemen. Zo kan de groene murene doorgroeien tot een lengte van meer dan 2,5 meter. De grondkleur van de groene murene is overigens niet groen, maar bruin. Het beest is namelijk gecoat met een slijmlaagje waardoor hij groen lijkt. Deze primer beschermt de groene murene tegen de terreur van parasieten.
Voor het leeuwendeel van de tijd verschuilt de groene murene zich in de spelonken van het riflandschap. Op het moment dat hij zich in het vrije water begeeft wordt pas echt duidelijk met wat voor toppredator we van doen hebben. Als een kolossale spierbundel kronkelt hij door het water heen: een gestroomlijnde vleesmassa die enkel en alleen onderbroken wordt door twee priemende kraaloogjes en een vervaarlijk ogende vissenbek!
Groene murenen hebben vrijwel niets aan hun ogen. Het reukzintuig daarentegen is subliem; daarmee detecteren ze uiterst nauwkeurig prooi. Murenen kunnen zelfs als bloedhonden een geurspoor volgen tot aan het slachtoffer. De glibberbeesten geven echter de voorkeur aan de passieve jacht. Ze verschuilen zich in spleten en gaten van het rif. Vervolgens wachten ze net zolang totdat er een nietsvermoedende vis binnen de aanvalslinie komt.
Vanaf dat moment gaat het vliegensvlug; met de snelheid van een bliksemflits schiet de groene murene uit zijn schuilhol en grijpt met zijn vlijmscherpe tanden het slachtoffer beet. Doordat zijn ivoren wachters naar binnen gericht zijn, kan de buit geen kant meer op. Vervolgens schuift de met tanden bezette keelkaak naar voren om het slachtoffer in een keer naar binnen te trekken. De prooi wordt dus twee keer gebeten: eerst door de tanden van de mondholte en vervolgens door keelholte-tanden.
Doorgaans staan vissen, inktvissen en schaal- en weekdieren op het menu van de groene murene. Maar soms wordt daar de mens aan toegevoegd. Beter gezegd; mensenvingers!
Hoe zit dat?
In koraalriffen wordt tegenwoordig zoveel gedoken dat de rifbewoners bijna geen vluchtgedrag vertonen als onderwaterrecreanten ten tonele verschijnen. De beesten weten dat ze geen kwaad hoeven te verwachten van de luchtbelletjes makende wezens. Sterker nog, ze lijken te weten dat er bij hen wat te halen valt!
De duikwereld is vandaag de dag een miljardenindustrie waarbij de concurrentie moordend is. Duikorganisaties proberen derhalve van alles om potentiële klanten te enthousiasmeren om met hen letterlijk in zee te gaan. Een van de dingen waarmee ze flyeren is het handmatig voeren van haaien, zeeschildpadden, roggen en … groene murenen.
Duikers vinden dit geweldig!
Echter, dan is het maar goed dat een wilde-dieren-voeren-deelnemer die met een vislijkje in zijn hand een groene murene aan het uitdagen is, niet weet dat achter de murenemuil een uiterst efficiënt vingeramputatiesysteem verborgen zit!
Zogezegd hebben groene murenen slecht zicht en maken ze keuzes op basis van reuk. Mocht onverhoopt visbloed de duikershand bezoedeld te hebben, dan taxeert het roofbeest dit ledemaat ook als potentiële prooi. Op internet circuleren tal van filmpjes van wat er dan kan gebeuren …