Kaalkopooievaar

In Nederland worden baby’s keurig aan huis afgeleverd door de witte ooievaar. Een vriendelijk ogende vogel met een bevederde kop. Het thuisbezorgen van zuigelingen op de Caribische eilanden wordt uitbesteed aan een neefje van de witte ooievaar. Een wat minder vriendelijk ogende vogel met een kale kop luisterend naar de naam kaalkopooievaar. De ooievaarsoorten die in Europa rondvliegen, laten zich namelijk niet in de Caraïben zien, in dit werelddeel is de kaalkopooievaar heer en meester. 

Het zijn enorme, zwartwitgekleurde beesten. Kaalkopooievaars. Als ze recht op hun poten staan, wordt een lengte gemeten van ruim één meter. Om een vijf kilogram wegende kaalkopooievaar in de lucht te houden, is een vleugelspanwijdte van bijna twee meter vereist. Maar vliegen kunnen ze als de beste. Nou ja, vliegen. Ze maken handig gebruik van thermiek. Met de opstijgende warme lucht liften ze mee tot hoogtes van twee kilometer! Kaalkopooievaars hebben het bovendien prima naar hun zin in het luchtruim. Toeschouwers worden getrakteerd op puike duikvluchten en andere vormen van luchtacrobatiek.

Maar ze staan ook graag met beide voetjes op de grond. In het water, liever gezegd. Waterpoeltjes vormen namelijk het jachtterrein van de kaalkopooievaar. Heeft de witte ooievaar een dolkachtige snavel waarmee hij vissen, amfibieën, reptielen en kleine zoogdieren een hoekje om helpt, de kaalkopooievaar heeft voor dit doel een lange gebogen snavel.

Deze snavel is min of meer het onderwateroog van de kaalkopooievaar. Omdat het vliegbeest vaak in troebel water jaagt, heeft hij niets aan zijn visuele waarneming. Bij de jacht van de kaalkopooievaar werken poten en snavel op een geraffineerde manier samen. Afwisselend maakt hij met zijn linker en rechter poot een draaiende beweging door de modderbodem waardoor visjes en ander levend grut verjaagd worden. Tegelijkertijd roert hij met een geopende snavel door het water. Als de vluchtende prooidieren vervolgens contact maken met de snavel, wordt deze door een reflex razendsnel dichtgeklapt. Deze beweging staat zelfs te boek als één van de snelste reflexen van het dierenrijk. Een gebeurtenis die binnen één vijfentwintigste-milliseconden plaatsvindt!

Naast foerageren, nestelen kaalkopooievaars in grote groepen. Kolonies van meer dan honderd exemplaren zijn daarbij geen uitzondering. Tijdens het broedseizoen produceren de vrouwtjes gemiddeld drie eitjes. Kaalkopooievaars hebben weinig vijanden, maar hun eitjes worden maar al te graag gestolen door een heel arsenaal rovers. Door de eitjes hoog in bomen op te bergen, proberen ze het de eitjesdieven zo moeilijk mogelijk te maken. Overigens moeten kaalkopooievaars wel blijven opletten voor behoud van eigen leven. Zo nu en dan vallen laconieke kaalkopooievaars ten prooi aan toppredators zoals alligators. Kaalkopooievaars kunnen elkaar niet waarschuwen voor alligatorgevaar door een roep; de communicatie tussen kaalkopooievaars verloopt via luid snavelgeklepper.

Laat in de winter broeden kaalkopooievaars hun eitjes uit. In dat jaargetijde drogen namelijk de waterpoelen voor een groot deel op, waardoor alle waterwezens zich noodgedwongen moeten ophopen in het resterende blauwe goedje. Hierdoor zijn prooien voor ooievaars makkelijk te vangen. En prooien hebben ze nodig. Heel veel prooien. Als kaalkopooievaars hun kroost hebben klaargestoomd voor een zelfstandig bestaan, hebben de kids al meer dan tweehonderd kilogram aan visvlees achter de kiezen! 

Kaalkopooievaars zijn bovendien zeer zorgzame ouders die afwisselend op jacht gaan. De achterblijvende vader of moeder waakt dan over de kuikens. En dat is nodig. In de kolonie lopen namelijk altijd wel een paar gefrustreerde, kuikenloze ooievaars rond die maar al te graag andermans ooievaarsjong willen kidnappen.