Miljoenen jaren was er niets aan de hand. Het koraalrif was een veilige omgeving voor honderden verschillende levensvormen. Prachtige levensvormen. Dieren en planten die op het rif hun bescherming vonden. Die er hun maagjes volstouwden. Die er hun eitjes afzetten en hun kroost grootbrachten. Maar sinds een paar decennia is er stront aan de knikker. Zijn er grote problemen. Wat is er aan de hand?
Het rif staat op instorten. Letterlijk!
Op het koraalrif draait alles om twee organismen. Koraaldiertjes en kalkwiertjes. Tezamen vormen zij koraal, de bouwsteen van het koraalrif. Bovendien zijn ze tot elkaar veroordeeld. Koraaldiertjes geven de kalkwiertjes een veilig onderdak. Als tegenprestatie leveren de kalkwiertjes zuurstof en kalk aan de koraaldiertjes. Met de kalk wordt het uitwendige skelet van de koraaldiertjes gemetseld.
Kalkwiertjes gedijen het beste bij een watertemperatuur van 28 graden Celsius. En daar beginnen de problemen. Doordat de mensheid nog steeds massaal koolstofdioxide de atmosfeer injaagt, wordt de thermostaat steeds verder opgeschroefd. Funest voor kalkwiertjes. Al bij de geringste stijging van de temperatuur van het zeewater, geven zij de pijp aan Maarten. In hun val nemen ze bovendien de koraaldiertjes mee. Koraaldiertjes blijven immers na het afsterven van kalkwiertjes verstookt van zuurstof en kalk.
De mens is niet alleen goed in het opwarmen van de aarde, maar ook in het introduceren van beesten op plaatsen waar dat niet handig is. Voorbeelden te over. Anderhalve eeuw geleden lieten de Britten twintig konijnen los in het toen nog konijnvrije Australië. Uiteindelijk ontstond er een langoorplaag van meer dan tien miljard exemplaren. Een ecologische ramp zal het levenslicht. Niet alleen nijntjes worden op plekken gedumpt waar ze grote catastrofes inluiden, dat geldt ook voor vissen. De koraalduivel is daar een fraai voorbeeld van. Zoals de naam al doet vermoeden, hoort een koraalduivel thuis op het rif. Maar je hebt riffen en riffen. In de riffen van Indische Oceaan wonen andere zeebeesten dan in de riffen van de Atlantische Oceaan. Als je een koraalduivel uit de Indische Oceaan schept en je laat hem vervolgens los in de Atlantische Oceaan verander je de rifspelregels en kunnen er dramatische dingen gebeuren.
De koraalduivel is een van de sierlijkste vissen van het koraalrif, maar ook een van de moordzuchtigste. Als hij de kans krijgt, vreet hij hele rif leeg. In de Indische Oceaan wordt hij flink op de huid gezeten door roofvissen, in de Atlantische Oceaan hoeft hij niemand te vrezen en eet hij iedereen met huid en haar op. Niet alleen de zwakke, zieke en misselijke mede-rifbewoners. Nee, alles wat voor zijn muil komt, verdwijnt in zijn muil. Ook baby-, peuter-, en kleutervisjes. En dan ontstaat er een kink in de kabel. Koraalduivels zijn namelijk zo in staat om vissoorten volledig uit te roeien.
Als er bepaalde vissoorten uit het rif verdwijnen, ontstaan er grote problemen. Iedere rifvis heeft namelijk een unieke functie op het koraalrif. Geen enkel ambacht kan gemist worden. Zo behoren de maanvissen, papegaaivissen en witgevlekte vijlvissen tot het gilde van de sponsdier-eters. Als sponzen niet doorlopend begraasd worden door de leden van het genoemde gilde, gaan ze woekeren en overgroeien ze uiteindelijk op een verstikkende manier het koraal.